Het is een hectische tijd door het losbarsten van het Coronavirus. De terechte afgelasting van alle wielerwedstrijden en het groeiende besef in de samenleving dat we met een serieuze crisis kampen, zorgt ervoor dat onze kleine wielerbubbel wordt doorprikt. 

Dat geldt zeker voor de renners van BEAT die de afgelopen maanden hard hebben getraind en gedetailleerde plannen hebben gemaakt om in deze periode te presteren. Eén van die renners is Jan-Willem van Schip die eigenlijk zaterdag zijn debuut voor de BEAT wegploeg zou maken in de Ronde van Drenthe. We vroegen hem hoe hij met de nieuwe situatie omgaat. 

Bekijk de video of lees hieronder het gesprek terug.

Wat heb je vandaag gedaan? Ben je binnen gebleven? 

Nee, ik ben vandaag heen en weer naar de service koers in Zaltbommel gefietst. Met een beetje regen, maar qua temperatuur was het goed te doen.Ik moest even daarheen om van fiets te wisselen. Ik had mijn wedstrijdfiets namelijk al meegekregen om in orde te maken voor de Ronde van Drenthe, maar die heb ik nu weer teruggebracht, want het is niet goed als ik daar voorlopig op ga trainen nu er geen koersen zijn. 

En nu liggen Drenthe en voorlopig alle koersen in maart eruit. Hoe is dat nieuws bij jou binnengekomen? 

Ik had het niet echt zien aankomen. Ik dacht dat het wel mee zou vallen, dus wat dat betreft mag je me naïef noemen. Ik was er niet zo druk mee, maar nu komt het heel dichtbij en nu gaat het echt allemaal niet door. 

Dat vond ik natuurlijk wel jammer, maar ik weet gewoon wat ik wil doen. Richting de Olympische Spelen is het niet zo erg en heb ik nu iets meer tijd om super steady en goed te trainen.  

Wat was dan oorspronkelijk jouw plan richting Tokio? 

De planning was om vanaf nu tot aan de Scheldeprijs (half april, red.) gewoon lekker wegwedstrijden te rijden zonder al teveel druk. Gewoon lekker trainen, fit blijven en koersen. En daarna even gas terugnemen om er vervolgens weer een tandje bij te doen richting de de ZLM Tour en de Ronde van België. Daarna gaat de focus weer naar de baan voor de Olympische Spelen.   

Nu valt in elk geval een deel van dat eerste blok weg en ga je de inspanning van de wedstrijd missen. Hoe ga je daar nu mee om?

Ja, dat is wel lastig. Maar ik wil voor de baan graag mijn sprint verbeteren. Dus ik moet nu goed in conditie blijven, maar tegelijkertijd wil ik me vooral focussen op die sprint. Ik heb nu 3 weken de tijd om heel veel sprintjes te doen. Als je daarbij ook nog zou moeten koersen is dat lastig te combineren, maar nu kan ik daar wel echt in investeren en is dat mijn oplossing. 

Ik kijk voorlopig 3 weken vooruit tot 1 april en dan moet ik weer een nieuw plan maken, voor wat er dan gaande is.

Dus nu een aantal sprinttrainingen in de week? 

Ja! Gewoon buiten. Rolstartjes, zittend met een zware versnelling, zittend met een lichte versnelling, staand met een zwarte versnelling, staand met een lichte versnelling, allemaal dat soort fratsen. Gewoon heel veel sprintjes doen eigenlijk, dat is het.